De onderste helft van de zeer stevige bloemsteel heeft smalle, spits toelopende bladeren. Bovenop de steel prijkt een keizerlijke kroonbloem met daaronder 12 grote hangende zacht oranje klokvormige bloemen met dieper oranje strepen.De bloemen trekken bijen en vlinders aan die zich tegoed doen aan de druppels nectar. De imposante bloembol heeft een kenmerkende opening in het midden.

Er wordt beweerd dat de typische 'vossengeur' van de bol mollen, veldmuizen en woelratten weert. De bol is rijk aan zetmeel en het schijnt dat dit zetmeel ooit gebruikt werd om kragen mee te stijven. In de 15e eeuw gold de plant als symbool van rijkdom.

Een vroegbloeier die houdt van een zonnige plek of lichte schaduw en van een losse, vruchtbare, niet te natte bodem.